Stuk

Tekst:
Leestijd: .

Wat doe je als iets niet meer werkt? De neiging om te willen repareren is geen vreemde reflex. Maar, zegt Maartje ter Veen, door de routine los te laten kom je tot betere oplossingen.

Als iets stuk is – een fiets, een dak, een knuffelbeer – dan is als mens onze eerste neiging het te repareren. Dat is vaak een goed idee. We leven in een wereld met overconsumptie en maken meer materiaal op dan de aarde ons kan leveren. Ik ga op deze plek dan ook zeker geen pleidooi houden voor ‘gooi maar weg en koop maar nieuw’.

Wat ik wel doe? Ik breek een lans voor het loslaten van de ingeslagen weg en het ontwerpen en bewandelen van nieuwe paden.

Doel versus middel

Repareren is niet altijd de slimste of meest duurzame oplossing. Vooral als het niet om spullen gaat, maar om abstractere zaken. Een idee dat niet meer werkt. Een routine, een dagelijkse gang van zaken of een beproefde methode met een kink in de kabel.

Een structuur, overtuiging of systeem dat niet meer functioneert. Dat niet meer werkt voor de mensen waar het om ging, of niet langer het oorspronkelijke doel dient: waar het allemaal om draaide.

Ook bij niet-materiële zaken hebben we de neiging om de methode, het vehikel, te repareren. Regelmatig verwarren we daarbij het middel met het doel. Dat doen we vooral als we al begonnen zijn, als het plan al af is – in het werk, als het ware. Dan gaan we liever voort op de oude voet, met een houtje-touwtjereparatie.

Beeld: Studio MARCHA!

Repareren = reactie

Spullen gaan stuk. Routines, overtuigingen en methodes niet, maar vroeg of laat werken ze niet meer. Ze schieten hun doel voorbij, omdat de context verandert.

Misschien is dat steeds vaker het geval, nu crises niet langer alleen ver weg gebeuren, maar ook dichtbij, in ons dagelijks leven. Steeds vaker komt de vraag voorbij hoe we dingen kunnen ‘fixen’: wateroverlast, droogte, ‘het nieuwe normaal’… En dan is de vraag of ‘repareren’ de juiste actie is.

Repareren is een re-actie. Het is reageren op een actuele situatie. Repareren is het herstellen van wat al was. Daarin ligt een stevige aanname: dat het oude werkte en ook in een veranderde context weer kan werken.

Repareren suggereert dat het oude werkte en ook in een veranderde context weer kan werken

De neiging om te willen repareren is geen vreemde reflex. Een andere reactie vraagt nogal wat van ons. Het vereist dat we openstaan voor een alternatieve aanpak, nieuwe ideeën en het bewandelen van ongebaande paden. Dat kunnen we alleen door onze ‘geliefde routines’ los te laten. En daar is lef voor nodig.

Durf jij afstand te nemen van het oude, het bekende?

Gelukkig draait het niet alleen om lef. Veel eerder ligt het antwoord in ‘gewoon beginnen’ en uitproberen. Dat is wel een beetje spannend, maar leuk spannend. Het geeft ons de ruimte nieuwe mogelijkheden te ontdekken.

Ontwerpen, maken, testen

Nieuwe wegen vinden en op nieuwe ideeën komen kan alleen door een stap terug te doen, door te kijken naar het oorspronkelijke doel. Zeker als het om complexe zaken gaat en het originele plan niet meer past bij de vraag en de context. In zo’n geval moet je jezelf losmaken van een eerder ingeslagen pad, van de eerder gekozen vorm.

In een conceptueel ontwerpproces is loslaten een belangrijke stap. Zo ontwerp je op een manier waarbij het niet gaat om het ‘in een vorm gieten van een idee’, maar geef je innovatieve ideeën de ruimte om te kunnen ontstaan.

Alles begint met het maken van tijd en ruimte. Teruggaan naar het begin, op zoek naar de toegevoegde waarde. Op die manier wordt het mogelijk om met oplossingen te komen die doelmatiger zijn dan het oorspronkelijke middel.

Heb je een oplossing? Probeer hem uit. Of het nu gaat om jouw eigen routine, een beproefde methode of een overtuiging. Begin gewoon, deel je bevindingen en probeer.

Natuurlijk kost een aanpak als deze meer tijd, energie en werk. Bij opnieuw beginnen komt nu eenmaal meer kijken dan bij repareren. Maar als je ruimte maakt voor het uitproberen en testen van het nieuwe, kun je zomaar nieuwe wegen laten ontstaan.

Misschien is het vinden van nieuwe manieren de komende jaren wel dringender nodig dan we nu kunnen overzien. Gelukkig is ontwerpen heerlijk om te doen. En: oefening baart kunst!

Om op een fijne, circulaire en eerlijke manier op deze aardkloot te kunnen blijven leven moet er veel veranderen: systemen moeten om, steden en huizen moeten anders en ook ons gedrag heeft een make-over nodig. Met een open en nieuwsgierige blik gaat Maartje ter Veen voor GRAS en Noorderbreedte een driewekelijkse zoektocht aan. In de overtuiging dat het kleine meer invloed heeft dan we doorgaans beseffen.